Woordweetje: borrel
Een borrel, borrelen, de VrijMiBo … Hoewel Nederlanders vaak het woord ‘gezellig’ benoemen als het meest typische en onvertaalbare Nederlandse woord, hoort de borrel ook zeker in dat rijtje thuis. Wat het betekent, dat weet iedereen die ook maar een beetje Nederlands spreekt. Waar het woord vandaan komt, is echter minder bekend.
Het woord ‘borrel’ komt van het Middelnederlandse woord ‘borre’ of ‘borne’, dat iets als (drink)water of fontein betekent. Het achtervoegsel ‘-el’ maakte het woord klein, zoals tegenwoordig ‘-je’; het was dus een klein drankje. Van origine lijkt het niet per se een link te hebben gehad met alcohol, maar tegenwoordig wordt het woord borrel vaak gebruikt voor jenever, zoals in ‘een jonge borrel’ of ‘een borrel klare’. Het werkwoord ‘borrelen’ als in ‘opborrelen’, ‘bubbelen’ lijkt van invloed te zijn geweest op de huidige betekenis van het woord, volgens veel etymologische woordenboeken. Die vermelden echter niet hoe precies, maar ja, het is dan ook een tijd geleden …
De volgende keer dat je op de VrijMiBo staat, kun je de borrelpraat in elk geval naar een iets hoger niveau brengen met wat taalkundige kennis. Proost!
Benieuwd naar de herkomst van andere woorden? Hier vind je nog veel meer woordweetjes.
Quiz: Uitdrukkingen bij elkaar gematcht
Je kunt met taal heel veel, maar het levert niet altijd mooie resultaten op. Als je uitdrukkingen door elkaar gebruikt bijvoorbeeld. Hoeveel weet jij van contam...
Column: Uit de doos denken
Vlam, vlek, vleum, vraak, vrek, vreek, flak, flen, fleeks, fleus, frak, fraas, freks, freun. Zo. Daar had ik niet van terug. Het was een schrijfoefening van sch...
Column: Wij zijn zwanger
Profvoetballer Rafael van der Vaart en zijn partner Estavana Polman krijgen een kind, las ik eind 2016 op de nieuwssite van het Algemeen Dagblad. Estavana stuur...